Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/1008
Art. 81 lid 1 RO. Arbeidsrecht. Reguliere arbeidsovereenkomst of uitzendovereenkomst? Klachten over bewijslastverdeling.
HR 21-10-2022, ECLI:NL:HR:2022:1508
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
21 oktober 2022
- Magistraten
Mrs. M.J. Kroeze, F.J.P. Lock, G.C. Makkink
- Zaaknummer
21/04996
- Conclusie
A-G mr. G.R.B. van Peursem
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1508, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 21‑10‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:610, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑06‑2022
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Arbeidsrecht. Reguliere arbeidsovereenkomst of uitzendovereenkomst? Klachten over bewijslastverdeling.
Partij(en)
BESCHIKKING In de zaak van [de werkneemster], wonende te [woonplaats], VERZOEKSTER tot cassatie, hierna: de werkneemster, advocaat: M.J. van Basten Batenburg, tegen [het uitzendbureau] B.V., gevestigd te [vestigingsplaats], VERWEERSTER in cassatie, hierna: het uitzendbureau, niet verschenen.
Conclusie
Conclusie A-G mr. G.R.B. van Peursem:
1. Inleiding en samenvatting
1.1
Deze zaak betreft in de kern de (feitelijke) vraag of tussen werknemer en het uitzendbureau een arbeidsovereenkomst in de vorm van een uitzendovereenkomst voor bepaalde ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.