Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/103
Diefstal (d.m.v. braak), art. 311 lid 1 sub 5 en 310 Sr. 1. Aanhoudingsverzoek gemachtigde raadsman ttz. in hoger beroep op de grond dat hij niet weet waarom verdachte niet is verschenen en dat verdachte mogelijk niet van zitting op de hoogte is, door hof afgewezen o.g.v. belangenafweging. 2. Bewijsklacht diefstal d.m.v. braak. HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 20-12-2022, ECLI:NL:HR:2022:1909
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 december 2022
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, J.C.A.M. Claassens, M. Kuijer
- Zaaknummer
20/04415
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1909, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑12‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:1084, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑11‑2022
Essentie
Diefstal (d.m.v. braak), art. 311 lid 1 sub 5 en 310 Sr. 1. Aanhoudingsverzoek gemachtigde raadsman ttz. in hoger beroep op de grond dat hij niet weet waarom verdachte niet is verschenen en dat verdachte mogelijk niet van zitting op de hoogte is, door hof afgewezen o.g.v. belangenafweging. 2. Bewijsklacht diefstal d.m.v. braak. HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 20/04415
Datum 20 december 2022
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 24 december 2020, nummer ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.