De dwangsom in het burgerlijk recht
Einde inhoudsopgave
De dwangsom in het burgerlijk recht (BPP nr. V) 2006/13.3.1:13.3.1 Staat/B.: directe werking
De dwangsom in het burgerlijk recht (BPP nr. V) 2006/13.3.1
13.3.1 Staat/B.: directe werking
Documentgegevens:
Mr. M.B. Beekhoven van den Boezem, datum 19-12-2006
- Datum
19-12-2006
- Auteur
Mr. M.B. Beekhoven van den Boezem
- JCDI
JCDI:ADS375534:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
HR 28 september 1984, NJ 1985, 83(Staat/B.), m.nt. Heemskerk.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
De vraag op welk moment de vernietigende appelbeslissing haar werking krijgt, moet evenzo naar regels van nationaal recht en dus op grond van nationale jurisprudentie worden beantwoord. Voor het Nederlands recht is deze vraag door de Hoge Raad beantwoord in het arrest inzake Staat/B.1 Het arrest heeft niet op een met dwangsom versterkte veroordeling betrekking, maar de regel die uit het arrest kan worden afgeleid is daarop wel van toepassing.