Einde inhoudsopgave
RvdW 2014/217
Constatering redelijke termijnschending in cassatie.
HR 14-01-2014, ECLI:NL:HR:2014:61
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
14 januari 2014
- Magistraten
Mrs. W.F. Groos, Y. Buruma, V. van den Brink
- Zaaknummer
12/02524
- Conclusie
A-G mr. G. Knigge
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:61, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 14‑01‑2014
ECLI:NL:PHR:2013:2266, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑11‑2013
Essentie
Constatering redelijke termijnschending in cassatie.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 7 mei 2012, nummer 22/006172-11, in de strafzaak tegen: [verdachte], Adv. mr. M.L.M. van der Voet te Amsterdam.
Conclusie
Conclusie A-G mr. G. Knigge:
1.
Het Gerechtshof te ‘s-Gravenhage heeft bij arrest van 7 mei 2012 gelast dat verdachte wegens ‘poging tot doodslag’ ter beschikking wordt gesteld en daarbij bevolen dat verdachte van overheidswege zal worden verpleegd. Voorts heeft het Hof de vordering van de benadeelde partij toegewezen tot een bedrag van € 6.219,04. Tot slot heeft ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.