Einde inhoudsopgave
RvdW 2016/643
Appartementsrecht. Verzekeringsuitkering voor brandschade aan in appartementsrechten gesplitst gebouw; is uitkering deel gaan uitmaken van vermogen van VvE of valt de uitkering in goederenrechtelijke gemeenschap van appartementseigenaren?; zaaksvervanging?
HR 22-04-2016, ECLI:NL:HR:2016:719
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
22 april 2016
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, C.A. Streefkerk, G. Snijders, G. de Groot, M.V. Polak
- Zaaknummer
15/00206
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Genotsrechten
Verzekeringsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:719, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22ā04ā2016
ECLI:NL:PHR:2016:22, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29ā01ā2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 05ā12ā2014
- Wetingang
Art. 3:167, 3:178, 3:185, 3:189, 5:136, 5:138 BW
Essentie
Appartementsrecht. Verzekeringsuitkering voor brandschade aan in appartementsrechten gesplitst gebouw; is uitkering deel gaan uitmaken van vermogen van VvE of valt de uitkering in goederenrechtelijke gemeenschap van appartementseigenaren?; zaaksvervanging?
Tussen appartementseigenaren bestaat een goederenrechtelijke gemeenschap met betrekking tot het gebouw. Ten aanzien van die gemeenschap is, nu de splitsing in appartementsrechten niet is opgeheven, op grond van art. 3:189 lid 1 BW de regeling van de zaaksvervanging in art. 3:167 BW niet van toepassing. Op die grond is dus door zaaksvervanging geen gemeenschap tussen de appartementseigenaren ontstaan met betrekking tot het verzekeringsgeld uit hoofde van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.