Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/459
Art. 81 lid 1 RO. Enquêterecht. Ondernemingskamer heeft onmiddellijke voorzieningen getroffen. Niet-ontvankelijkheid ten aanzien van enquêteverzoek indien geschorste bestuurder niet tevoren over voornemen enquêteverzoek is ingelicht? Belangenafweging verricht?
HR 22-04-2022, ECLI:NL:HR:2022:586
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
22 april 2022
- Magistraten
Mrs. M.J. Kroeze, C.E. du Perron, H.M. Wattendorff, A.E.B. ter Heide, F.R. Salomons
- Zaaknummer
20/04199
- Conclusie
A-G mr. B.F. Assink
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:586, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑04‑2022
ECLI:NL:PHR:2021:1167, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑12‑2021
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Enquêterecht. Ondernemingskamer heeft onmiddellijke voorzieningen getroffen. Niet-ontvankelijkheid ten aanzien van enquêteverzoek indien geschorste bestuurder niet tevoren over voornemen enquêteverzoek is ingelicht? Belangenafweging verricht?
Partij(en)
BESCHIKKING In de zaak van 1. EXEM ENERGY B.V., gevestigd te Amsterdam, 2. [verzoeker 2], wonende te [woonplaats], Portugal, VERZOEKERS tot cassatie, hierna: Exem en [verzoeker 2], advocaat: M.W. Scheltema, tegen 1. SOCIEDADE NACIONAL DE COMBUSTÍVEIS DE ANGOLA - SONANGOL E.P., gevestigd te Luanda, Angola, 2. ESPERAZA HOLDING B.V., gevestigd te Amsterdam, VERWEERSTERS in cassatie, hierna: Sonangol ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.