Een nieuwe visie op de afstamming
Einde inhoudsopgave
Een nieuwe visie op de afstamming (R&P nr. PFR5) 2014/12.6:12.6 Partneradoptie: ‘onbekende’ juridische vader wordt bekende juridische stiefouder
Een nieuwe visie op de afstamming (R&P nr. PFR5) 2014/12.6
12.6 Partneradoptie: ‘onbekende’ juridische vader wordt bekende juridische stiefouder
Documentgegevens:
mr. P.A.W. Kuijper, datum 24-01-2014
- Datum
24-01-2014
- Auteur
mr. P.A.W. Kuijper
- JCDI
JCDI:ADS400342:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Afstamming en adoptie
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Het kind heeft altijd een juridische vader en een juridische moeder. Indien de moeder geen aangifte van de verkrachting doet of wel doet, maar echt de naam van de juridische vader niet weet, heeft het kind in het geldend recht geen vader en in de voorstellen een onbekende juridische vader. Indien de moeder in het laatste geval een partner vindt met wie zij het juridisch ouderschap over dit kind wil delen, is dat onmogelijk op grond van art. 1:204 lid 1, onder e, BW. Er zijn namelijk al twee ouders. De partner kan het kind niet erkennen. De partner kan echter, indien aan de voorwaarden van art. 1:227 leden 1-3 jo. art. 1:228 BW is voldaan, wel een verzoek tot adoptie indienen. In art. 1:227 lid 3 BW staat dat het verzoek alleen kan worden toegewezen, indien de adoptie in het kennelijk belang van het kind is, op het tijdstip van het verzoek tot adoptie vaststaat en voor de toekomst redelijkerwijs is te voorzien dat het kind niets meer van zijn ouder of ouders in de hoedanigheid van ouder heeft te verwachten, en aan de voorwaarden, genoemd in art. 1:228 BW, wordt voldaan. In laatstgenoemd artikel is het eerste lid, onder d, belangrijk, omdat theoretisch de onbekende, maar ook de bekende juridische vader, de verkrachter, het verzoek kan tegenspreken, ware het niet dat het tweede lid, aanhef en onder a, vermeldt dat aan de tegenspraak van een ouder als bedoeld in het eerste lid, onder d, kan worden voorbijgegaan, indien het kind en de ouder niet of nauwelijks in gezinsverband hebben samengeleefd. Bij rechterlijke uitspraak wordt de juridische band van de verkrachter met het kind verbroken en wordt door partneradoptie een nieuwe band gevestigd (art. 1:229 leden 1 en 2 BW). Voor het kind betekent dit dat eventueel ook het ‘onbekende’ juridische vaderschap naadloos overgaat in het ‘bekende’ juridische adoptiefouderschap.