RvdW 2020/1140:Afleveren van bolletjes heroïne en vervoeren en aanwezig hebben van heroïne, cocaïne en MDMA, art. 2.B en 2.C Opiumwet. Verbeurdverklaring inbeslaggenomen geldbedragen (€ 314,30 en € 4.255), art. 33a.1.b Sr. Is voldaan aan voorwaarde dat feit m.b.t. geldbedragen is begaan? Onder ‘het feit’ in art. 33a.1.b Sr moet bewezenverklaarde feit worden verstaan. Hof heeft geoordeeld dat bewezenverklaarde feit is begaan ‘met betrekking tot de geldbedragen’. Nu hof heeft bewezenverklaard afleveren, vervoeren en aanwezig hebben van harddrugs is dat oordeel niet toereikend gemotiveerd. Dat hof heeft vastgesteld dat geld bestaat uit kleine coupures die in auto van verdachte en in haar jas in een bundel zijn aangetroffen terwijl verdachte eveneens in bezit was van drugs zoals aangetroffen in haar jas en in auto waarin zij op dat moment reed, volstaat daartoe niet.