Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/15
Art. 592a Sv. Beslissing tot verwijzing van de verdachte in de proceskosten van de benadeelde partij en de begroting daarvan.
HR 26-11-2019, ECLI:NL:HR:2019:1857
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
26 november 2019
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, V. van den Brink, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.J. Borgers, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
18/01862
- Conclusie
A-G mr. G. Knigge
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1857, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 26‑11‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:853, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑09‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 13‑03‑2019
- Wetingang
Essentie
Art. 592a Sv. Beslissing tot verwijzing van de verdachte in de proceskosten van de benadeelde partij en de begroting daarvan.
Samenvatting
Beslissing van het hof op de vordering tot vergoeding van door de benadeelde partij gemaakte proceskosten, als bedoeld in art. 592a Sv.
Gelet op de omstandigheid dat het hof een gedeelte van de vordering tot schadevergoeding van de benadeelde partij heeft toegewezen en dat het die vordering voor het overige niet heeft afgewezen maar niet-ontvankelijk heeft verklaard, is het oordeel van het hof dat de benadeelde partij aanspraak had op een vergoeding van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.