RvdW 2020/21:Zware mishandeling, art. 302 Sr. Nu de bewijsmiddelen m.b.t. de ‘uitgeslagen tand(en)’ niets naders inhouden omtrent de eventuele noodzaak en aard van medisch (tandheelkundig) ingrijpen en het uitzicht op (volledig) herstel, is ’s hofs oordeel dat het slachtoffer t.g.v. de mishandeling zwaar lichamelijk letsel heeft bekomen niet toereikend gemotiveerd. Volgt partiële vernietiging en terugwijzing.