Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/1098
Mensensmokkel, art. 197a Sr. De door hof in aanmerking genomen omstandigheden zijn niet toereikend voor het oordeel dat kan worden volstaan met vaststelling overschrijding redelijke termijn. Volgt afdoening HR.
HR 06-10-2020, ECLI:NL:HR:2020:1558
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
6 oktober 2020
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, A.L.J. van Strien, M.J. Borgers
- Zaaknummer
18/04919
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1558, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 06‑10‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:901, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑08‑2020
Essentie
Mensensmokkel, art. 197a Sr. De door hof in aanmerking genomen omstandigheden zijn niet toereikend voor het oordeel dat kan worden volstaan met vaststelling overschrijding redelijke termijn. Volgt afdoening HR.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 18/04919
Datum 6 oktober 2020
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 19 november 2018, nummer 21/000512-16, in de strafzaak
tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1967,
hierna: de verdachte.
Conclusie
Conclusie A-G mr. F.W. Bleichrodt:
Het cassatieberoep
1.
Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Leeuwarden, heeft bij arrest ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.