Einde inhoudsopgave
RvdW 2013/1283
Wet Bopz. Machtiging tot voortgezet verblijf op voet art. 15 na onderbreking tenuitvoerlegging voorlopige machtiging door voorlopige hechtenis. Kan machtiging tot voortgezet verblijf samengaan met voorwaardelijke veroordeling tot vrijheidsstraf met bijzondere voorwaarde van opneming in kliniek?
HR 25-10-2013, ECLI:NL:HR:2013:1038
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
25 oktober 2013
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, M.A. Loth, C.E. Drion, G. de Groot
- Zaaknummer
13/02990
- Conclusie
A-G mr. F.F. Langemeijer
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Gezondheidsrecht / Algemeen
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:1038, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 25‑10‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:1073, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑08‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑06‑2013
- Wetingang
Essentie
Wet Bopz. Machtiging tot voortgezet verblijf op voet art. 15 na onderbreking tenuitvoerlegging voorlopige machtiging door voorlopige hechtenis. Kan machtiging tot voortgezet verblijf samengaan met voorwaardelijke veroordeling tot vrijheidsstraf met bijzondere voorwaarde van opneming in kliniek?
De omstandigheid dat betrokkene in voorlopige hechtenis is genomen brengt niet mee dat de voorlopige machtiging ten einde is gekomen. Weliswaar is de tenuitvoerlegging van de voorlopige machtiging onderbroken, doordat het Openbaar Ministerie toen voorrang heeft gegeven aan het strafrechtelijke traject en betrokkene in voorlopige hechtenis heeft doen stellen, maar uit de bestreden beschikking of de stukken van het geding blijkt niet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.