Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/1061
Valsheid in geschrift, meermalen gepleegd (art. 225 Sr) en oplichting, meermalen gepleegd (art. 326 Sr). Middelen over 1. afwijking u.o.s. inhoudende dat verdachte recht had op betalingen zoals door hem zijn gedeclareerd voor zijn werkzaamheden, 2. afwijzing (voorwaardelijk) getuigenverzoek en 3. bewijsvoering oplichting. HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 19-10-2021, ECLI:NL:HR:2021:1563
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 oktober 2021
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, M.J. Borgers, C. Caminada
- Zaaknummer
20/02584
- Conclusie
A-G mr. B.F. Keulen
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1563, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑10‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:990, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑09‑2021
Essentie
Valsheid in geschrift, meermalen gepleegd (art. 225 Sr) en oplichting, meermalen gepleegd (art. 326 Sr). Middelen over 1. afwijking u.o.s. inhoudende dat verdachte recht had op betalingen zoals door hem zijn gedeclareerd voor zijn werkzaamheden, 2. afwijzing (voorwaardelijk) getuigenverzoek en 3. bewijsvoering oplichting. HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 20/02584
Datum 19 oktober 2021
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam van 20 augustus 2020, nummer 23-003809-16, in de strafzaak
tegen
[verdachte],
geboren ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.