Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/1066
Herziening. Afpersing (art. 317 lid 1 Sr), opzetheling (art. 416 Sr), verduistering, meermalen gepleegd (art. 321 Sr) en overtreding art. 5 Wegenverkeerswet 1994. Als grondslag voor herziening kan volgens art. 457 lid 1, aanhef en onder c, Sv alleen dienen een met stukken onderbouwd gegeven dat bij ottz. aan rechter niet bekend was en dat ernstige vermoeden wekt dat indien dit gegeven bekend zou zijn geweest, onderzoek van zaak zou hebben geleid hetzij tot vrijspraak van gewezen verdachte, hetzij tot ovar, hetzij tot niet-ontvankelijkverklaring van OM, hetzij tot toepassing van minder zware strafbepaling. In herzieningsaanvraag wordt aangevoerd dat hof geen tbs met dwangverpleging zou hebben opgelegd indien het bekend was geweest met twee (na onherroepelijk worden van zijn arrest opgemaakte) deskundigenrapporten omtrent persoon van aanvrager. In aanvraag wordt echter miskend dat onder 'minder zware strafbepaling' i.d.z.v. art. 457 lid 1, aanhef en onder c, Sv moet worden verstaan een strafbepaling die minder zware straf bedreigt. Oplegging door rechter van andere (minder zware) sanctie of achterwege laten van oplegging sanctie valt daar niet onder. Aanvraag is kennelijk ongegrond. HR wijst herzieningsaanvraag af.
HR 19-10-2021, ECLI:NL:HR:2021:1550
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 oktober 2021
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, M.J. Borgers, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
21/03106
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1550, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑10‑2021
Essentie
Herziening. Afpersing (art. 317 lid 1 Sr), opzetheling (art. 416 Sr), verduistering, meermalen gepleegd (art. 321 Sr) en overtreding art. 5 Wegenverkeerswet 1994. Als grondslag voor herziening kan volgens art. 457 lid 1, aanhef en onder c, Sv alleen dienen een met stukken onderbouwd gegeven dat bij ottz. aan rechter niet bekend was en dat ernstige vermoeden wekt dat indien dit gegeven bekend zou zijn geweest, onderzoek van zaak zou hebben geleid hetzij tot vrijspraak van gewezen verdachte, hetzij tot ovar, hetzij tot niet-ontvankelijkverklaring van OM, hetzij tot toepassing ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.