Einde inhoudsopgave
RvdW 2006, 821
EHRM, 01-06-2006, nr. 7064/05
EHRM 01-06-2006, ECLI:NL:XX:2006:AY9138
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
1 juni 2006
- Magistraten
Rozakis, Vajić, Kovler, Steiner, Jahiyev, Spielmann, Jebens
- Zaaknummer
7064/05
- LJN
AY9138
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Penitentiair recht (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2006:AY9138, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 01‑06‑2006
- Wetingang
EVRM art. 5 lid 4
Essentie
Mamedova tegen Rusland.
Nadat het EHRM een schending van art. 3 EVRM heeft vastgesteld wegens onmenselijke detentieomstandigheden, concludeert het tevens tot schending van art. 5 lid 4 EVRM, omdat klager niet kon verschijnen voor de rechter en zij daardoor de onmenselijke omstandigheden van haar detentie niet kon aanvoeren die tot vrijlating hadden moeten leiden.
Concurring Rozakis en Vajić: ‘lawfulness’ in de zin van art. 5 lid 4 EVRM heeft geen betrekking op detentieomstandigheden. De garanties inzake rechtmatige detentie waarin art. 5 lid 4 EVRM voorziet betreffen niet de detentieomstandigheden.
Partij(en)
Mamedova ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.