Einde inhoudsopgave
RvdW 2014/1204
Internationaal privaatrecht. Internationale bevoegdheid Nederlandse rechter; verzoek vervangende toestemming afgifte paspoort voor in buitenland verblijvende minderjarige op voet art. 34 lid 2 Paspoortwet; maatregel tot bescherming van persoon of vermogen minderjarige; Haags Kinderbeschermingsverdrag 1996 (HKbV 1996); bevoegdheid rechter gewone verblijfplaats minderjarige in zin art. 5 lid 1 HKbV 1996; overdracht bevoegdheid op voet art. 9 HKbV 1996. Schending van niet toepasselijk recht (art. 5 en 9 Rv) geen grond tot cassatie.
HR 31-10-2014, ECLI:NL:HR:2014:3070
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
31 oktober 2014
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, C.E. Drion, M.V. Polak
- Zaaknummer
14/00819
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
Internationaal privaatrecht / Internationaal bevoegdheidsrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:3070, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 31‑10‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:1739, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑09‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑02‑2014
- Wetingang
Art. 1, 2, 3, 4, 5, 8, 9, 53 Haags Kinderbeschermingsverdrag 1996; art. 1, 5, 9 Rv; art. 34 Paspoortwet; art. 1:253a BW
Essentie
Internationaal privaatrecht. Internationale bevoegdheid Nederlandse rechter; verzoek vervangende toestemming afgifte paspoort voor in buitenland verblijvende minderjarige op voet art. 34 lid 2 Paspoortwet; maatregel tot bescherming van persoon of vermogen minderjarige; Haags Kinderbeschermingsverdrag 1996 (HKbV 1996); bevoegdheid rechter gewone verblijfplaats minderjarige in zin art. 5 lid 1 HKbV 1996; overdracht bevoegdheid op voet art. 9 HKbV 1996. Schending van niet toepasselijk recht (art. 5 en 9 Rv) geen grond tot cassatie.
De door de rechter op de voet van art. 34 lid 2 Paspoortwet te verlenen vervangende toestemming voor de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.