Einde inhoudsopgave
RvdW 2015/1166
Insolventieverordening. Hoofdinsolventieprocedure. Secundaire insolventieprocedure. Bevoegdheidsconflict; exclusieve of gedeelde bevoegdheid; bepaling toepasselijk recht; vaststelling van de goederen van de schuldenaar die onder de secundaire insolventieprocedure vallen; lokalisatie van die goederen; goederen die zich in een derde staat bevinden.
HvJ EU 11-06-2015, ECLI:EU:C:2015:384 (Nortel Networks)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
11 juni 2015
- Magistraten
A. Tizzano, A. Borg Barthet, E. Levits, M. Berger, F. Biltgen
- Zaaknummer
C-649/13
- Conclusie
A-G P. Mengozzi
- Roepnaam
Nortel Networks
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Europees burgerlijk procesrecht
Internationaal privaatrecht / Internationaal bevoegdheidsrecht
EU-recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2015:384, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 11‑06‑2015
ECLI:EU:C:2015:44, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie (Advocaat-Generaal), 29‑01‑2015
- Wetingang
Art. 2 onder g, art. 3 lid 2,art. 27 Verordening (EG) nr. 44/2001 (Insolventieverordening)
Essentie
Comité dántreprise de Nortel Networks SA e.a. tegen Cosme Rogeau q.q. e.a.
Verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens artikel 267 VWEU, ingediend door het Tribunal de commerce de Versailles (Frankrijk) bij beslissing van 21 november 2013.
Insolventieverordening. Hoofdinsolventieprocedure. Secundaire insolventieprocedure. Bevoegdheidsconflict; exclusieve of gedeelde bevoegdheid; bepaling toepasselijk recht; vaststelling van de goederen van de schuldenaar die onder de secundaire insolventieprocedure vallen; lokalisatie van die goederen; goederen die zich in een derde staat bevinden.
De art. 3 lid 2 en art. 27 Insolventieverordening moeten aldus worden uitgelegd dat de rechters van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.