Einde inhoudsopgave
RvdW 2015/1161
Strafmotivering en draagkracht, HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 13-10-2015, ECLI:NL:HR:2015:3064
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
13 oktober 2015
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter-van Kan, Y. Buruma
- Zaaknummer
14/06345
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:3064, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 13‑10‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:1791, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑06‑2015
Essentie
Strafmotivering en draagkracht, HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 13 februari 2014, nummer 22/001864-12, in de strafzaak tegen: verdachte. Adv. mr. G.J.P.M. Mooren, te Goirle.
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.J. Hofstee:
1.
Verzoeker is bij arrest van 13 februari 2014 door het Gerechtshof Den Haag wegens “een gewoonte maken van opzetheling” veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van twaalf maanden met een proeftijd van twee jaren en het betalen van een geldboete van € 15.000, subsidiair 110 dagen hechtenis. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.