Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/778
Vermogensrecht. Omleiden geldbedrag via derdengeldrekening advocaat; pandrecht bank teniet gegaan; aansprakelijkheid stichting derdengelden jegens bank; onderzoeksplicht? Verhaal op saldo derdengeldrekening?
HR 19-06-2020, ECLI:NL:HR:2020:1078
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
19 juni 2020
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, C.E. du Perron, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock
- Zaaknummer
18/05570
- Conclusie
A-G mr. B.F. Assink
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Notaris
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Juridische beroepen / Advocaat
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1078, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 19‑06‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:136, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑02‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑03‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑02‑2019
- Wetingang
Art. 6 Verordening op de administratie en de financiële integriteit (oud)
Essentie
Vermogensrecht. Omleiden geldbedrag via derdengeldrekening advocaat; pandrecht bank teniet gegaan; aansprakelijkheid stichting derdengelden jegens bank; onderzoeksplicht? Verhaal op saldo derdengeldrekening?
Samenvatting
Advocaten zijn op grond van de voor hen geldende beroepsregels verplicht voor het ontvangen van derdengelden gebruik te maken van een stichting derdengelden. Het doel van het verplichte gebruik van een afzonderlijke stichting is in de eerste plaats de vermogensrechtelijke bescherming van derdengelden tegen verhaalsaanspraken van crediteuren van de advocaat. Daarnaast beogen deze regels te voorkomen dat de stichting derdengelden oneigenlijk wordt gebruikt doordat op de door de stichting beheerde rekening gelden worden ‘geparkeerd’ die daar niet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.