Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/796
Zwaar lichamelijk letsel toebrengen met voorbedachte raad? HR herhaalt relevante overwegingen uit NJ 2014/156 m.b.t. voorbedachte raad. Nu het hof niets heeft vastgesteld over het tijdsverloop dat met het handelen van verdachte gemoeid is geweest en geen overweging heeft gewijd of het redelijk is aan te nemen dat verdachte daadwerkelijk heeft nagedacht over de betekenis en de gevolgen van zijn voorgenomen daad, terwijl A, die samen met verdachte naar de woning van aangever was gegaan, ervan ‘stond te kijken’ dat verdachte ‘in één keer’ sloeg met de boksbeugel is het oordeel van het hof ontoereikend gemotiveerd. Volgt gedeeltelijke vernietiging en terugwijzing.
HR 16-06-2020, ECLI:NL:HR:2020:942
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
16 juni 2020
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
18/05394
- Conclusie
A-G mr. B.F. Keulen
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:942, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 16‑06‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:247, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑03‑2020
Essentie
Zwaar lichamelijk letsel toebrengen met voorbedachte raad? HR herhaalt relevante overwegingen uit NJ 2014/156 m.b.t. voorbedachte raad. Nu het hof niets heeft vastgesteld over het tijdsverloop dat met het handelen van verdachte gemoeid is geweest en geen overweging heeft gewijd of het redelijk is aan te nemen dat verdachte daadwerkelijk heeft nagedacht over de betekenis en de gevolgen van zijn voorgenomen daad, terwijl A, die samen met verdachte naar de woning van aangever was gegaan, ervan ‘stond te kijken’ dat verdachte ‘in één keer’ sloeg met de boksbeugel is het oordeel van het hof ontoereikend gemotiveerd. Volgt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.