Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/676
Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht. Justitiële samenwerking in strafzaken. Kaderbesluit 2005/214/JBZ. Erkenning en tenuitvoerlegging van geldelijke sancties tegen rechtspersonen. Onvolledige omzetting van een kaderbesluit. Verplichting tot conforme uitlegging van het nationale recht. Omvang.
HvJ EU 04-03-2020, ECLI:EU:C:2020:153 (Bank BGŻ BNP Paribas)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
4 maart 2020
- Magistraten
J.-C. Bonichot, M. Safjan, L. Bay Larsen, C. Toader, N. Jääskinen
- Zaaknummer
C-183/18
- Conclusie
A-G P. Pikamäe
- Roepnaam
Bank BGŻ BNP Paribas
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2020:153, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 04‑03‑2020
ECLI:EU:C:2019:959, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie, 12‑11‑2019
- Wetingang
Essentie
Centraal Justitieel Incassobureau, Ministerie van Veiligheid en Justitie (CJIB) tegen Bank BGŻ BNP Paribas S.A., in tegenwoordigheid van Prokuratura Rejonowa Gdańsk-Śródmieście w Gdańsku.
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Sąd Rejonowy Gdańsk-Południe w Gdańsku (rechter in eerste aanleg Gdańsk-Zuid, Gdańsk, Polen) bij beslissing van 26 februari 2018.
Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht. Justitiële samenwerking in strafzaken. Kaderbesluit 2005/214/JBZ. Erkenning en tenuitvoerlegging van geldelijke sancties tegen rechtspersonen. Onvolledige omzetting van een kaderbesluit. Verplichting tot conforme uitlegging van het nationale recht. Omvang.
1) Het begrip ‘rechtspersoon’ in met name artikel 1, onder a ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.