RvdW 2020/686
Artikel 19, lid 1, tweede alinea, VEU. Rechtsstaat. Daadwerkelijke rechtsbescherming op de onder het Unierecht vallende gebieden. Beginsel van onafhankelijkheid van rechters. Op nationale rechters toepasselijke tuchtregeling. Bevoegdheid van het Hof. Artikel 267 VWEU. Ontvankelijkheid. Uitlegging die voor de verwijzende rechterlijke instantie noodzakelijk is voor het wijzen van haar vonnis. Begrip.
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
26 maart 2020
- Magistraten
K. Lenaerts, R. Silva de Lapuerta, A. Prechal, M. Vilaras, E. Regan, P.G. Xuereb, L.S. Rossi, M. Ilešič, J. Malenovský, L. Bay Larsen, T. von Danwitz, C. Toader, K. Jürimäe, C. Lycourgos, N. Piçarra
- Zaaknummer
C-558/18
C-563/18
- Conclusie
A-G E. Tanchev
- Roepnaam
Miasto Łowicz
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2020:234, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 26‑03‑2020
ECLI:EU:C:2019:775, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie (Advocaat-Generaal), 24‑09‑2019
- Wetingang
Art. 19 lid 1 tweede alinea, art. 267 VWEU
Essentie
Miasto Łowicz tegen Skarb Państwa – Wojewoda Łódzki (C‑558/18) en Prokurator Generalny tegen VX, WW, XV (C‑563/18).
Verzoeken om een prejudiciële beslissing ingediend door de Sąd Okręgowy w Łodzi (rechter in eerste aanleg Łódź, Polen) (C‑558/18) en de Sąd Okręgowy w Warszawie (rechter in eerste aanleg Warschau, Polen) (C‑563/18) bij beslissingen van 31 augustus 2018 en 4 september 2018.
Artikel 19, lid 1, tweede alinea, VEU. Rechtsstaat. Daadwerkelijke rechtsbescherming op de onder het Unierecht vallende gebieden. Beginsel van onafhankelijkheid van rechters. Op nationale rechters toepasselijke tuchtregeling. Bevoegdheid van het Hof. Artikel 267 VWEU. Ontvankelijkheid. ...