RvdW 2020/679:Prejudiciële verwijzing. Justitiële samenwerking in strafzaken. Kaderbesluit 2002/584/JBZ. Europees aanhoudingsbevel. Artikel 5, punt 3. Overlevering afhankelijk van de garantie dat de betrokkene wordt teruggezonden naar de tenuitvoerleggingsstaat om daar de vrijheidsstraf of de tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel te ondergaan die hem eventueel wordt opgelegd in de uitvaardigende lidstaat. Tijdstip van terugzending. Kaderbesluit 2008/909/JBZ. Artikel 3, lid 3. Werkingssfeer. Artikel 8. Aanpassing van de in de beslissingsstaat opgelegde sanctie. Artikel 25. Tenuitvoerlegging van een sanctie in het kader van artikel 5, punt 3, van Kaderbesluit 2002/584/JBZ.

RvdW 2020/679

Prejudiciële verwijzing. Justitiële samenwerking in strafzaken. Kaderbesluit 2002/584/JBZ. Europees aanhoudingsbevel. Artikel 5, punt 3. Overlevering afhankelijk van de garantie dat de betrokkene wordt teruggezonden naar de tenuitvoerleggingsstaat om daar de vrijheidsstraf of de tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel te ondergaan die hem eventueel wordt opgelegd in de uitvaardigende lidstaat. Tijdstip van terugzending. Kaderbesluit 2008/909/JBZ. Artikel 3, lid 3. Werkingssfeer. Artikel 8. Aanpassing van de in de beslissingsstaat opgelegde sanctie. Artikel 25. Tenuitvoerlegging van een sanctie in het kader van artikel 5, punt 3, van Kaderbesluit 2002/584/JBZ.

Documentgegevens:

HvJ EU 11-03-2020, ECLI:EU:C:2020:191 (Openbaar Ministerie (Mandat d’arrêt européen – Garantie de renvoi dans l’État d'exécution))

Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie
Datum: 11 maart 2020
Magistraten: M. Vilaras, K. Lenaerts, D. Šváby, K. Jürimäe, N. Piçarra
Zaaknummer: C-314/18
Conclusie: A-G P. Pikamäe
Roepnaam: Openbaar Ministerie (Mandat d’arrêt européen – Garantie de renvoi dans l’État d'exécution)
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Vakgebied(en): Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
Brondocumenten: ECLI:EU:C:2020:191, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 11‑03‑2020
ECLI:EU:C:2019:427, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie (Advocaat-Generaal), 16‑05‑2019
Wetingang: Art. 5 punt 3 Kaderbesluit 2002/584/JBZ; art. 3 lid 3, art. 8, 25 Kaderbesluit 2008/909/JBZ

Essentie

SF.

Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Rechtbank Amsterdam (Nederland) bij beslissing van 1 mei 2018.

Prejudiciële verwijzing. Justitiële samenwerking in strafzaken. Kaderbesluit 2002/584/JBZ. Europees aanhoudingsbevel. Artikel 5, punt 3. Overlevering afhankelijk van de garantie dat de betrokkene wordt teruggezonden naar de tenuitvoerleggingsstaat om daar de vrijheidsstraf of de tot vrijheidsbeneming strekkende maatregel te ondergaan die hem eventueel wordt opgelegd in de uitvaardigende lidstaat. Tijdstip van terugzending. Kaderbesluit 2008/909/JBZ. Artikel 3, lid 3. Werkingssfeer. Artikel 8. Aanpassing van de in de beslissingsstaat opgelegde sanctie. Artikel 25. Tenuitvoerlegging van een sanctie in het kader ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.