Einde inhoudsopgave
RvdW 2016/762
Cassatieprocesrecht. Art. 426 lid 1 Rv. Niet-ontvankelijkheid wegens overschrijding termijn voor instellen cassatieberoep.
HR 24-06-2016, ECLI:NL:HR:2016:1307
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
24 juni 2016
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, A.H.T. Heisterkamp, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
16/01795
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:1307, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 24‑06‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:421, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑05‑2016
Essentie
Cassatieprocesrecht. Art. 426 lid 1 Rv. Niet-ontvankelijkheid wegens overschrijding termijn voor instellen cassatieberoep.
Partij(en)
[verzoeker], verzoeker tot cassatie.
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent:
1.
Bij brief met bijlage, die op 29 januari 2016 is ingekomen bij de Centrale Raad van Beroep en — na doorzending — op 4 februari 2016 is ontvangen door de griffie van de Hoge Raad, heeft verzoeker tot cassatie (hierna: verzoeker) te kennen gegeven beroep in cassatie te willen instellen tegen een beschikking van de kantonrechter in de rechtbank Almelo (huidige benaming: rechtbank Overijssel) van 17 december 2014. Ik leid uit de brief ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.