Einde inhoudsopgave
RvdW 2016/769
Poging doodslag door het steken in (boven)lichaam en gezicht. HR: art. 80a RO.
HR 21-06-2016, ECLI:NL:HR:2016:1258
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 juni 2016
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, H.A.G. Splinter-van Kan, V. van den Brink
- Zaaknummer
15/02489
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Materieel strafrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:1258, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑06‑2016
Essentie
Poging doodslag door het steken in (boven)lichaam en gezicht. HR: art. 80a RO.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 1 mei 2015, nummer 22/002325-14, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv.: M.E. van der Werf, te Amsterdam.
Uitspraak
Hoge Raad:
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft M.E. van der Werf, advocaat te Amsterdam, een schriftuur ingediend. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.