Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/317
Het hof heeft ten onrechte niet uitdrukkelijk met redenen omkleed beslist op een gevoerd verweer m.b.t. de redelijke termijn. HR doet de zaak zelf af en vermindert de aan verdachte opgelegde gevangenisstraf.
HR 02-03-2021, ECLI:NL:HR:2021:314
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 maart 2021
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, M.J. Borgers, C. Caminada
- Zaaknummer
19/05757
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:314, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑03‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:5, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑01‑2021
Essentie
Het hof heeft ten onrechte niet uitdrukkelijk met redenen omkleed beslist op een gevoerd verweer m.b.t. de redelijke termijn. HR doet de zaak zelf af en vermindert de aan verdachte opgelegde gevangenisstraf.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 19/05757
Datum 2 maart 2021
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam van 18 december 2019, nummer 23-001239-18, in de strafzaak
tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1976,
hierna: de verdachte.
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.J. Hofstee:
1. De verdachte is bij arrest van 18 december 2019 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.