Einde inhoudsopgave
RvdW 2015/523
Hoofdelijke aansprakelijkheid wederrechtelijk verkregen voordeel.
HR 07-04-2015, ECLI:NL:HR:2015:884
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
7 april 2015
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman, J. de Hullu, H.A.G. Splinter-van Kan, N. Jörg
- Zaaknummer
13/06219
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:884, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑04‑2015
ECLI:NL:PHR:2014:3085, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑09‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑05‑2014
- Wetingang
Art. 36e Sr
Essentie
Profijtontneming. Alleen indien het verkregen wederrechtelijk voordeel als ‘gemeenschappelijk voordeel’ kan worden aangemerkt waarover ieder van de mededaders kan beschikken of heeft kunnen beschikken, is hoofdelijke aansprakelijkheid mogelijk. Dit zal zich slechts in een beperkt aantal gevallen voordoen. Als er geen indicatie is voor de verdeling van de opbrengst, ligt pondspondsgewijze toerekening meer voor de hand. Als er duidelijke aanwijzingen zijn dat twee of meer daders gezamenlijk de beschikking hebben of hebben gehad over de gehele opbrengst en de betrokkene als een van die daders geen, dat vermoeden ontzenuwende, gegevens daaromtrent verschaft kan de rechter het wederrechtelijk verkregen voordeel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.