Einde inhoudsopgave
RvdW 2017/540
Maken van een foto van verdachte op de openbare weg kon worden gebaseerd op art. 3 PolW 2012.
HR 18-04-2017, ECLI:NL:HR:2017:725
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
18 april 2017
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter-van Kan, Y. Buruma
- Zaaknummer
16/02186
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:725, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 18‑04‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:301, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑03‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑07‑2016
- Wetingang
Art. 3 PolW 2012
Essentie
Maken van een foto van verdachte op de openbare weg kon worden gebaseerd op art. 3 PolW 2012.
Direct na een tweetal meldingen van babbeltrucs, waarbij een signalement van de dader is opgegeven, heeft de politie op de openbare weg een foto genomen van een persoon, die in de buurt liep en aan het signalement voldeed, zijnde de latere verdachte. Mede gelet op de geringe inbreuk op de privacy van verdachte, kon art. 3 PolW 2012 als wettelijke basis dienen voor het nemen van de foto. De politie is ook in gevallen waarin (nog) ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.