Einde inhoudsopgave
RvdW 2017/533
Art. 81 lid 1 RO. Procesrecht; onrechtmatige daad. Vordering tot schadevergoeding van penningmeester die strafrechtelijk is veroordeeld wegens diefstal van geld van de Stichting. Waren gelden aan penningmeester verschuldigd? Stelplicht en bewijslast; levering tegenbewijs.
HR 21-04-2017, ECLI:NL:HR:2017:758
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
21 april 2017
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, A.H.T. Heisterkamp, M.V. Polak
- Zaaknummer
16/02507
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:758, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 21‑04‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:305, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑03‑2017
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Procesrecht; onrechtmatige daad. Vordering tot schadevergoeding van penningmeester die strafrechtelijk is veroordeeld wegens diefstal van geld van de Stichting. Waren gelden aan penningmeester verschuldigd? Stelplicht en bewijslast; levering tegenbewijs.
Partij(en)
[eiser], eiser tot cassatie, adv.: mr. H.J.W. Alt,
tegen
Stichting Zwembad Hoogkerk, gemeente Groningen, verweerster in cassatie, niet verschenen.
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent:
1. Feiten1. en procesverloop2.
1.1
Verweerster in cassatie (hierna: de Stichting) is op 11 januari 1934 opgericht.
Eiser tot cassatie (hierna: [eiser] ) is op 15 augustus 1996 als bestuurslid van de Stichting aangetreden en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.