Einde inhoudsopgave
Besluit DNA-onderzoek in strafzaken
Artikel 17
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2017
- Bronpublicatie:
13-06-2017, Stb. 2017, 263 (uitgifte: 21-06-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-06-2017, Stb. 2017, 263 (uitgifte: 21-06-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Bijzondere onderwerpen
Strafprocesrecht / Voorfase
1.
De Justitiële Informatiedienst stelt het instituut in kennis van een omstandigheid als bedoeld in artikel 16, eerste lid.
2.
In afwijking van het eerste lid blijft een kennisgeving achterwege indien sprake is van een gewezen verdachte, tenzij die gewezen verdachte in een herzieningsprocedure als bedoeld in Titel VIII van het Derde Boek van de wet is vrijgesproken of ontslagen van alle rechtsvervolging.
3.
Het instituut verstrekt de kennisgeving, bedoeld in het eerste lid, door aan het laboratorium waaraan de deskundige is verbonden die het DNA-onderzoek verricht of heeft verricht in het kader van het misdrijf waarin de kennisgeving is gedaan en de deskundige nog niet de verplichting, bedoeld in artikel 10, derde lid, onder b, is nagekomen. Artikel 16 is op dat laboratorium van overeenkomstige toepassing.