Einde inhoudsopgave
Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer (COTIF)
Artikel 24 Lijsten van de lijnen
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2006
- Redactionele toelichting
Deze versie is nog niet voor alle partijen in werking getreden. Zie voor de partijgegevens het Protocol van 03-06-1999, Trb. 2002, 25.
- Bronpublicatie:
03-06-1999, Trb. 2002, 25 (uitgifte: 05-02-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-08-2006, Trb. 2006, 174 (uitgifte: 11-08-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Railvervoer
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
§ 1.
De in artikel 1 van de Uniforme Regelen CIV en Uniforme Regelen CIM bedoelde lijnen over zee en binnenwateren waarop, in aanvulling op een vervoer per spoor, vervoer plaatsvindt dat het onderwerp vormt van een en dezelfde overeenkomst, worden ingeschreven op twee lijsten:
- a.
de lijst van lijnen over zee en binnenwateren CIV,
- b.
de lijst van lijnen over zee en binnenwateren CIM.
§ 2.
De spoorweglijnen van een Lidstaat die overeenkomstig artikel 1, § 6 van de Uniforme Regelen CIV of overeenkomstig artikel 1, § 6 van de Uniforme Regelen CIM een voorbehoud heeft gemaakt, worden overeenkomstig dit voorbehoud ingeschreven op twee lijsten:
- a.
de lijst van spoorweglijnen CIV,
- b.
de lijst van spoorweglijnen CIM.
§ 3.
De Lidstaten zenden aan de Secretaris-Generaal hun mededelingen betreffende het inschrijven of het schrappen van de in de §§ 1 en 2 bedoelde lijnen. De in § 1 bedoelde lijnen over zee en binnenwateren worden, voorzover zij Lidstaten met elkaar verbinden, slechts ingeschreven na toestemming van deze Staten; voor het schrappen van een dergelijke lijn is de mededeling van een van deze Staten voldoende.
§ 4.
De Secretaris-Generaal geeft alle Lidstaten kennis van het inschrijven of schrappen van een lijn.
§ 5.
Het vervoer over de in § 1 bedoelde lijnen over zee en binnenwateren en het vervoer over de in § 2 bedoelde spoorweglijnen zijn onderworpen aan de bepalingen van het Verdrag na verloop van een maand te rekenen van de datum van de kennisgeving van de inschrijving door de Secretaris-Generaal. Een dergelijke lijn is niet meer onderworpen aan de bepalingen van het Verdrag na verloop van drie maanden te rekenen van de datum van kennisgeving door de Secretaris-Generaal dat zij is geschrapt, behalve ten aanzien van reeds aangevangen vervoer, dat moet worden voltooid.