Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake de strafrechtelijke bestrijding van corruptie
Artikel 14 Boekhoudkundige delicten
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2002
- Bronpublicatie:
27-01-1999, Trb. 2000, 130 (uitgifte: 30-10-2000, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2002
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-06-2002, Trb. 2002, 109 (uitgifte: 01-01-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Bijzondere onderwerpen
Iedere Partij neemt de wetgevende en andere maatregelen die nodig blijken te zijn om overeenkomstig haar interne recht als met strafrechtelijke of andere sancties bedreigde feiten aan te merken, het volgende handelen of nalaten, wanneer opzettelijk gepleegd, ten einde de strafbare feiten bedoeld in de artikelen 2 tot en met 12 te plegen, te verhelen of te verhullen, voor zover de Partij geen voorbehoud heeft gemaakt of verklaring heeft afgelegd:
- a.
het opstellen of gebruiken van een factuur of enig ander document of boekhoudkundig geschrift, waarin onware of onvolledige gegevens zijn opgenomen;
- b.
het onwettig nalaten een betaling te boeken.