Einde inhoudsopgave
Besluit vragen en antwoorden toepassing 30%-regeling (extraterritoriale werknemers)
Artikel 10ec van het UBLB (looptijd van de bewijsregel)
Geldend
Geldend vanaf 12-09-2013
- Bronpublicatie:
23-08-2013, Stcrt. 2013, 25663 (uitgifte: 11-09-2013, regelingnummer: DGB 2013/70M)
- Inwerkingtreding
12-09-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-08-2013, Stcrt. 2013, 25663 (uitgifte: 11-09-2013, regelingnummer: DGB 2013/70M)
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Kostenvergoeding
Vraag 32
Een ingekomen werknemer in de zin van artikel 10e, tweede lid, onderdeel b, van het UBLB, wordt voorafgaand aan zijn tewerkstelling in Nederland een periode in het buitenland tewerkgesteld. Gaat de looptijd van de bewijsregel in op de eerste dag van de tewerkstelling ongeacht of dit in Nederland of in het buitenland is?
Antwoord
Ja, de looptijd van de bewijsregel gaat volgens artikel 10ec van het UBLB in op de eerste dag van tewerkstelling door de inhoudingsplichtige ongeacht of dit in Nederland of in het buitenland is. De werknemer moet op dat moment wel werknemer zijn in de zin van artikel 2 van de Wet LB. Is dat niet het geval, dan gaat de regeling in op het moment dat de werknemer vervolgens wel een werknemer is in de zin van dit artikel. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen als een werknemer in het buitenland is geworven — nog geen werknemer is in de zin van artikel 2 van de Wet LB — en een opleiding of stage volgt in het buitenland alvorens hij in Nederland komt werken.
Vraag 33
Een ingekomen werknemer wordt door een (Nederlandse) inhoudingsplichtige in het buitenland tewerkgesteld. Kan dan nog sprake zijn van een ingekomen werknemer?
Antwoord
Ja, zolang de ingekomen werknemer een werknemer is in de zin van artikel 2 van de Wet LB, blijft de bewijsregel ook bij tewerkstelling in het buitenland doorlopen. De bewijsregel eindigt in dit verband in elk geval op het moment dat de werknemer geen werknemer meer is in de zin van artikel 2 van de Wet LB.