135e Verstek

Zoals hiervoor aan de orde is gesteld in nr. 128, zal de rechter in zaken waarin verstek wordt verleend op grond van art. 25 Rv moeten beoordelen of de aangevoerde (feitelijke en juridische gronden) het gevorderde kunnen dragen. In par. 5.7. kwam reeds aan de orde dat in geval van verstek voor de toewijzing van de proceskosten slechts de voorwaarde van bewezen kennisname van de opgave door de gedaagde partij wordt gesteld. Als die voorwaarde is vervuld, dan plegen de proceskosten volledig – althans sinds 1 april 2017 tot het toepasselijk maximumtarief – te worden toegewezen indien de eiser in het gelijk wordt gesteld. Ook hier wreekt zich het ontbreken van duidelijkheid over wat ‘redelijk en evenredig’ is, waardoor de toewijsbaarheid van de vordering moeilijk beoordeeld kan worden. De rechtsbescherming in verstekzaken schiet op dit moment tekort, met name indien een partij verstek laat gaan omdat hij zich vanwege de kosten niet teweer kan stellen.