Einde inhoudsopgave
RvdW 2015/223
Trekkingen Staatsloterij. Misleidende reclame; art. 6:194 (oud) BW; verwachtingen van de gemiddelde consument; gewraakte mededelingen van voldoende materieel belang om ‘maatman’ te kunnen misleiden?; maatstaf; feitelijk oordeel. Art. 8 lid 2 Wet op de Kansspelen (WoK); minimumuitkeringspercentage; redelijke wetsuitleg.
HR 30-01-2015, ECLI:NL:HR:2015:178 (Staatsloterij/Loterijverlies)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
30 januari 2015
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, C.E. Drion, G. Snijders
- Zaaknummer
13/04238
- Conclusie
A-G mr. M.H. Wissink
- Roepnaam
Staatsloterij/Loterijverlies
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Verbintenissenrecht (V)
Bestuursrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:178, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 30‑01‑2015
ECLI:NL:PHR:2014:2812, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑09‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑11‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑08‑2013
- Wetingang
Art. 6:194 (oud) BW; art. 8 Wet op de Kansspelen
Essentie
Trekkingen Staatsloterij. Misleidende reclame; art. 6:194 (oud) BW; verwachtingen van de gemiddelde consument; gewraakte mededelingen van voldoende materieel belang om ‘maatman’ te kunnen misleiden?; maatstaf; feitelijk oordeel. Art. 8 lid 2 Wet op de Kansspelen (WoK); minimumuitkeringspercentage; redelijke wetsuitleg.
Het oordeel van het hof dat de gemiddelde consument in de periode 2000-2007 niet verwachtte dat door Staatsloterij werd getrokken uit een verzameling van loten (‘universum’) dat aanzienlijk groter was dan het aantal daadwerkelijk verkochte loten behelst niet het aannemen van een feit van algemene bekendheid of een algemene ervaringsregel, maar is een feitelijke vaststelling ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.