Einde inhoudsopgave
Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee
Artikel 160 Bevoegdheden en functies
Geldend
Geldend vanaf 16-11-1994
- Bronpublicatie:
10-12-1982, Trb. 1984, 55 (uitgifte: 22-06-1984, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
16-11-1994
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-10-1996, Trb. 1996, 272 (uitgifte: 01-01-1996, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Staatsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Als enig orgaan van de Autoriteit dat uit alle leden bestaat, wordt de Vergadering als het hoogste orgaan van de Autoriteit beschouwd waaraan de andere hoofdorganen verantwoording verschuldigd zijn, zoals speciaal bepaald in dit Verdrag. De Vergadering bezit de bevoegdheid algemene beleidslijnen te bepalen overeenkomstig de desbetreffende bepalingen van dit Verdrag inzake enige aangelegenheid of zaak vallend onder de bevoegdheid van de Autoriteit.
2.
Daarnaast bezit de Vergadering de bevoegdheden en functies tot:
- a.
het kiezen van de leden van de Raad overeenkomstig artikel 161;
- b.
het kiezen van de Secretaris-Generaal uit de kandidaten, voorgedragen door de Raad;
- c.
het kiezen, op aanbeveling van de Raad, van de leden van de Raad van Bestuur van de Onderneming en de Directeur-Generaal van de Onderneming;
- d.
het instellen van de ondergeschikte organen die zij noodzakelijk acht voor de uitoefening van haar functies overeenkomstig dit Deel. Bij de samenstelling van deze ondergeschikte organen wordt naar behoren rekening gehouden met het beginsel van een billijke geografische verdeling en met bijzondere belangen en de behoefte aan leden die gekwalificeerd en bevoegd zijn ten aanzien van de desbetreffende technische vraagstukken die door deze organen worden behandeld;
- e.
het vaststellen van de bijdragen van de leden aan de administratieve begroting van de Autoriteit overeenkomstig een overeengekomen schaal gebaseerd op de schaal gebruikt voor de gewone begroting van de Verenigde Naties, tot de Autoriteit voldoende inkomsten uit andere bronnen heeft om haar administratieve uitgaven te dekken;
- f
- (i)
het overwegen en goedkeuren, op aanbeveling van de Raad, van de regels, voorschriften en procedures inzake de billijke verdeling van financiële en andere economische voordelen, opgekomen uit werkzaamheden in het Gebied en de betalingen en bijdragen, verricht ingevolge artikel 82, daarbij in het bijzonder rekening houdend met de belangen en behoeften van ontwikkelingsstaten en volken die nog geen volledige onafhankelijkheid of andere status van zelfbestuur hebben verworven. Indien de Vergadering de aanbevelingen van de Raad niet goedkeurt, zendt de Vergadering deze terug naar de Raad voor hernieuwde overweging in het licht van de door de Vergadering naar voren gebrachte zienswijzen;
- (ii)
het overwegen en goedkeuren van de regels, voorschriften en procedures van de Autoriteit, en van wijzigingen daarop, voorlopig aangenomen door de Raad ingevolge artikel 162, tweede lid, letter o, onder (ii). Deze regels, voorschriften en procedures betreffen het onderzoek, de exploratie en exploitatie in het Gebied, het financieel beheer en de interne administratie van de Autoriteit, en, op aanbeveling van de Raad van Bestuur van de Onderneming, de overdracht van financiële middelen van de Onderneming aan de Autoriteit.
- g.
het besluiten over de billijke verdeling van financiële en andere economische voordelen opgekomen uit werkzaamheden in het Gebied, overeenkomstig dit Verdrag en de regels, voorschriften en procedures van de Autoriteit.
- h.
het overwegen en goedkeuren van de voorgestelde jaarlijkse begroting van de Autoriteit, ingediend door de Raad;
- i.
het bestuderen van periodieke rapporten van de Raad en van de Onderneming en van speciale rapporten waarom de Raad of een ander orgaan van de autoriteit is verzocht;
- j.
het doen verrichten van studies en het doen van aanbevelingen ten behoeve van de bevordering van de internationale samenwerking betreffende werkzaamheden in het Gebied en het stimuleren van de geleidelijke ontwikkeling van het daarop betrekking hebbende internationale recht en de codificatie daarvan;
- k.
het overwegen van vraagstukken van algemene aard in verband met werkzaamheden in het Gebied die zich vooral voordoen voor ontwikkelingsstaten, alsmede de problemen voor Staten in verband met werkzaamheden in het Gebied vanwege hun geografische ligging, in het bijzonder voor Staten zonder zeekust en Staten met een ongunstige geografische ligging;
- l.
het instellen, op aanbeveling van de Raad, op basis van advies van de Commissie voor Economische Planning, van een stelsel van compensatie of andere maatregelen voor steun bij economische aanpassing, zoals bepaald in artikel 151, tiende lid;
- m.
het schorsen van de uitoefening van de rechten en voorrechten van het lidmaatschap ingevolge artikel 185;
- n.
het bespreken van enige aangelegenheid of zaak vallend onder de bevoegdheid van de Autoriteit en het beslissen, welk orgaan van de Autoriteit een zodanige aangelegenheid of zaak zal behandelen die niet speciaal is opgedragen aan een bepaald orgaan, zulks overeenkomstig de verdeling van bevoegdheden en functies tussen de organen van de Autoriteit.