Einde inhoudsopgave
Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee
Bijlage II Commissie inzake de grenzen van het continentale plat
Geldend
Geldend vanaf 16-11-1994
- Bronpublicatie:
10-12-1982, Trb. 1984, 55 (uitgifte: 22-06-1984, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
16-11-1994
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-10-1996, Trb. 1996, 272 (uitgifte: 01-01-1996, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Staatsrecht / Bijzondere onderwerpen
Artikel 1
Overeenkomstig het bepaalde in artikel 76 wordt in overeenstemming met de volgende artikelen een Commissie inzake de grenzen van het continentale plat dat zich verder uitstrekt dan 200 zeemijl, ingesteld.
Artikel 2
1
De Commissie bestaat uit 21 leden, die deskundig zijn op het gebied van de geologie, geofysica of hydrografie, door de Staten die Partij zijn bij dit Verdrag gekozen uit hun onderdanen, daarbij naar behoren rekening houdend met de noodzaak een billijke geografische vertegenwoordiging te waarborgen; deze leden hebben zitting in hun eigen persoonlijke hoedanigheid.
2
De eerste verkiezing vindt zo spoedig mogelijk plaats, doch in elk geval binnen 18 maanden na de datum van inwerkingtreding van dit Verdrag. Ten minste drie maanden voor de datum van elke verkiezing richt de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties een brief aan de Staten die Partij zijn, waarin zij worden uitgenodigd binnen drie maanden voordrachten in te dienen, na passend regionaal overleg. De Secretaris-Generaal stelt een lijst in alfabetische volgorde op van alle aldus voorgedragen personen en legt deze voor aan alle Staten die Partij zijn.
3
De verkiezing van leden van de Commissie vindt plaats tijdens een bijeenkomst van de Staten die Partij zijn, bijeengeroepen door de Secretaris-Generaal ter plaatse van de hoofdzetel van de Verenigde Naties. Op die bijeenkomst, waarvoor twee derde van de Staten die Partij zijn een quorum vormen, zijn de in de Commissie verkozenen de op de voordracht staande personen, die een twee derde meerderheid verwerven van de stemmen van de vertegenwoordigers van de Staten die Partij zijn die aanwezig zijn en hun stem uitbrengen. Uit elke geografische regio worden ten minste drie leden gekozen.
4
De leden van de Commissie worden gekozen voor een termijn van vijf jaar. Zij zijn herkiesbaar.
5
De Staat die Partij is, die een lid van de Commissie heeft voorgedragen, draagt de kosten van dat lid bij de uitoefening van zijn taken in de Commissie. De betrokken kuststaat draagt de kosten gemaakt met betrekking tot het advies, bedoeld in artikel 3, eerste lid, letter b, van deze Bijlage. De Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties zorgt voor het secretariaat.
Artikel 3
1
De taken van de Commissie zijn:
- a.
het bestuderen van de door kuststaten voorgelegde gegevens en ander materiaal betreffende de buitengrenzen van het continentale plat in gebieden waar deze grenzen zich verder uitstrekken dan 200 zeemijl en het doen van aanbevelingen overeenkomstig artikel 76 en de Verklaring van Overeenstemming die op 29 augustus 1980 werd aangenomen door de Derde Conferentie van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee;
- b.
het verschaffen van wetenschappelijk en technisch advies, indien zulks door de betrokken kuststaat wordt verzocht, ten behoeve van het opstellen van de in letter a bedoelde gegevens.
2
De Commissie kan, in de nodig en nuttig geachte mate, samenwerken met de Intergouvernementele Oceanografische Commissie van de UNESCO, de Internationale Hydrografische Organisatie en andere bevoegde internationale organisaties ten einde wetenschappelijke en technische informatie uit te wisselen die de Commissie zou kunnen helpen bij het nakomen van haar verantwoordelijkheden.
Artikel 4
Wanneer een kuststaat voornemens is, overeenkomstig artikel 76 de buitengrenzen vast te stellen van zijn continentale plat dat zich verder uitstrekt dan 200 zeemijl, verstrekt hij, zo spoedig mogelijk, doch in elk geval binnen 10 jaar na de inwerkingtreding van dit Verdrag voor die Staat, bijzonderheden omtrent zulke grenzen aan de Commissie, te zamen met wetenschappelijke en technische gegevens ter staving daarvan. De kuststaat verstrekt tegelijkertijd de namen van Commissieleden die deze wetenschappelijk en technisch advies hebben verschaft.
Artikel 5
Tenzij de Commissie anders beslist, verricht zij haar werkzaamheden door middel van subcommissies, bestaande uit zeven leden, die op evenwichtige wijze zijn benoemd, met inachtneming van de specifieke aspecten van elke door een kuststaat voorgelegde kwestie. Onderdanen van de kuststaat die het verzoek indient en die lid zijn van de Commissie en Commissieleden die een kuststaat hebben bijgestaan door het verschaffen van wetenschappelijk en technisch advies met betrekking tot het verloop van de grenslijn mogen geen lid zijn van de subcommissie die deze kwestie behandelt, maar hebben het recht als lid deel te nemen aan de werkzaamheden van de Commissie met betrekking tot genoemde kwestie. De kuststaat die een verzoek bij de Commissie heeft ingediend, kan vertegenwoordigers zenden ter deelneming aan de desbetreffende werkzaamheden; deze hebben geen stemrecht.
Artikel 6
1
De subcommissie legt haar aanbevelingen voor aan de Commissie.
2
De goedkeuring door de Commissie van de aanbevelingen van de subcommissie geschiedt met een meerderheid van twee derde van de Commissieleden die aanwezig zijn en hun stem uitbrengen.
3
De aanbevelingen van de Commissie worden schriftelijk medegedeeld aan de kuststaat die het verzoek heeft ingediend en aan de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties.
Artikel 7
Kuststaten stellen de buitengrenzen van het continentale plat vast in overeenstemming met het bepaalde in artikel 76, achtste lid, en overeenkomstig de desbetreffende nationale procedure.
Artikel 8
Ingeval de kuststaat niet instemt met de aanbevelingen van de Commissie, dient de kuststaat binnen een redelijke termijn een herzien of nieuw verzoek in bij de Commissie.
Artikel 9
Het optreden van de Commissie laat onverlet aangelegenheden betreffende de afbakening van grenzen tussen Staten met tegenover elkaar liggende of aan elkaar grenzende kusten.