Einde inhoudsopgave
Wet toezicht en geschillenbeslechting collectieve beheersorganisaties auteurs- en naburige rechten
Artikel 5d [Rectificatie gegevens]
Geldend
Geldend vanaf 26-11-2016
- Bronpublicatie:
14-11-2016, Stb. 2016, 435 (uitgifte: 25-11-2016, kamerstukken: 34243)
- Inwerkingtreding
26-11-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-11-2016, Stb. 2016, 435 (uitgifte: 25-11-2016, kamerstukken: 34243)
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Auteursrecht
Intellectuele-eigendomsrecht / Naburige rechten
1.
Het College van Toezicht ziet erop toe dat een collectieve beheersorganisatie die multiterritoriale licenties voor onlinerechten inzake muziekwerken verleent, beschikt over een regeling waarmee rechthebbenden, andere collectieve beheersorganisaties en aanbieders van onlinediensten kunnen vragen om rectificatie van de gegevens, bedoeld in de lijst van voorwaarden in artikel 5b, tweede lid, of de op grond van artikel 5c verstrekte informatie. Een verzoek tot rectificatie gaat vergezeld van bewijsstukken waaruit redelijkerwijs blijkt dat de gegevens met betrekking tot hun onlinerechten inzake muziekwerken onjuist zijn. De collectieve beheersorganisatie draagt zorg voor rectificatie zonder onnodige vertraging, indien het verzoek voldoende is onderbouwd.
2.
De collectieve beheersorganisatie stelt rechthebbenden van wie muziekwerken in zijn eigen muziekrepertoire zijn opgenomen, of die zij overeenkomstig artikel 5i vertegenwoordigt, in staat om in elektronische vorm informatie in te dienen over hun muziekwerken, hun rechten op deze werken en de grondgebieden waarvoor zij de collectieve beheersorganisatie machtigen. Daarbij houden de collectieve beheersorganisatie en de rechthebbenden voor zover mogelijk rekening met vrijwillige industriële normen of praktijken met betrekking tot gegevensuitwisseling die zijn ontwikkeld op internationaal niveau of op het niveau van de Europese Unie, waardoor de rechthebbenden het muziekwerk geheel of gedeeltelijk, de onlinerechten geheel of gedeeltelijk en de grondgebieden waarvoor zij de organisatie machtigen, kunnen specificeren.
3.
Een collectieve beheersorganisatie die door een andere collectieve beheersorganisatie overeenkomstig artikel 5g en 5h is belast met de uitgifte van multiterritoriale licenties past het tweede lid ook toe met betrekking tot de rechthebbenden van lastgevende collectieve beheersorganisaties, tenzij de collectieve beheersorganisaties anders overeenkomen.