Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/1194
Profijtontneming, w.v.v. uit gewoontewitwassen en opzettelijk gebruik maken van vals geschrift. Transactieberekening o.b.v. rente die door betrokkene in rekening is gebracht t.a.v. door hem verstrekte geldleningen. Dienen in strafzaak verbeurdverklaarde geldbedragen, auto’s en sieraden in mindering te worden gebracht op opgelegde betalingsverplichting? Hof heeft kennelijk geoordeeld dat verbeurdverklaring van in bewezenverklaring onder A[1], B en C bedoelde, aan betrokkene toebehorende en door hem witgewassen voorwerpen, niet van invloed is op hoogte van wederrechtelijk voordeel dat hij heeft verkregen doordat hij in bewezenverklaring onder A[2] bedoelde, eveneens door hem witgewassen geldbedragen heeft uitgeleend en daarmee voordeel in de vorm van rentebetalingen heeft verkregen. Dat oordeel geeft niet blijk van onjuiste rechtsopvatting en is niet onbegrijpelijk.
HR 03-11-2020, ECLI:NL:HR:2020:1724
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 november 2020
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, M.T. Boerlage, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
19/04286
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1724, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑11‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:1027, Conclusie, Hoge Raad (Strafkamer), 15‑09‑2020
Essentie
Profijtontneming, w.v.v. uit gewoontewitwassen en opzettelijk gebruik maken van vals geschrift. Transactieberekening o.b.v. rente die door betrokkene in rekening is gebracht t.a.v. door hem verstrekte geldleningen. Dienen in strafzaak verbeurdverklaarde geldbedragen, auto’s en sieraden in mindering te worden gebracht op opgelegde betalingsverplichting? Hof heeft kennelijk geoordeeld dat verbeurdverklaring van in bewezenverklaring onder A[1], B en C bedoelde, aan betrokkene toebehorende en door hem witgewassen voorwerpen, niet van invloed is op hoogte van wederrechtelijk voordeel dat hij heeft verkregen doordat hij in bewezenverklaring onder A[2] bedoelde, eveneens door hem witgewassen geldbedragen heeft uitgeleend en daarmee voordeel in de vorm van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.