Einde inhoudsopgave
RvdW 2019/837
Art. 81 lid 1 RO. Contractenrecht. Onrechtmatige daad. Samenwerkingsovereenkomst van vereniging met holding en projectvennootschap. Zijn verenigingsleden partij bij samenwerkingsovereenkomst? Uitleg overeenkomst. Hebben holding en projectvennootschap onrechtmatig gehandeld jegens verenigingsleden door samenwerkingsovereenkomst niet na te komen? HR 14 juli 2017, ECLI:NL:HR:2017:1355.
HR 12-07-2019, ECLI:NL:HR:2019:1168
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
12 juli 2019
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders
- Zaaknummer
18/01357
- Conclusie
plv. P-G mr. F.F. Langemeijer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Algemeen
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1168, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 12‑07‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:583, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑05‑2019
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Contractenrecht. Onrechtmatige daad. Samenwerkingsovereenkomst van vereniging met holding en projectvennootschap. Zijn verenigingsleden partij bij samenwerkingsovereenkomst? Uitleg overeenkomst. Hebben holding en projectvennootschap onrechtmatig gehandeld jegens verenigingsleden door samenwerkingsovereenkomst niet na te komen? HR 14 juli 2017, ECLI:NL:HR:2017:1355.
Partij(en)
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer
18/01357
Datum 12 juli 2019
ARREST
In de zaak van
1. [eiser 1],
2. [eiser 2],
3. De vennootschap onder firma [eiseres 3],
4. De vennootschap onder firma [eiseres 4],
5. De vennootschap onder firma [eiseres ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.