Derdenbeslag
Einde inhoudsopgave
Derdenbeslag (BPP nr. I) 2003/3.7.5.3:3.7.5.3 Wat te verstaan onder toekomstige vorderingen?
Derdenbeslag (BPP nr. I) 2003/3.7.5.3
3.7.5.3 Wat te verstaan onder toekomstige vorderingen?
Documentgegevens:
Mr. L.P. Broekveldt, datum 31-03-2003
- Datum
31-03-2003
- Auteur
Mr. L.P. Broekveldt
- JCDI
JCDI:ADS393297:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Zie diens Conclusie (onder 5) bij HR 15 maart 1991, NJ 1992, 605 (Veenendaal q.q./Hogeslag), m.nt. WMK., waarin het ging over de geldigheid onder het oude recht van een 'dubbele' fiduciaire cessie.
Zie in Snijders/Rank-Berenschot, Goederenrecht, 2001, nrs. 427-429.
Zie o.a. PitlofReehuis-Heisterkamp, Goederenrecht, 2001, nrs. 321-324, en het hierna in noot 307 te noemen arrest.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
89 Alvorens nader te onderzoeken in hoeverre op toekomstige vorderingen beslag kan worden gelegd, is het van belang eerst enige terminologische duidelijkheid te scheppen met betrekking tot de vraag, wanneer sprake is van een toekomstige vordering. Door Hartkamp1 wordt in verband met cessie, verpanding of beslag onderscheid gemaakt tussen (i) absoluut toekomstige vorderingen en (ii) relatief toekomstige vorderingen. Bij een absoluut toekomstige vordering gaat het om een vordering die op het moment van cessie, verpanding of beslag weliswaar nog niet bestaat, maar wel zal kúnnen ontstaan uit een ten tijde van die cessie, verpanding of beslag reeds bestaande rechtsverhouding. Een relatief toekomstige vordering daarentegen bestaat weliswaar reeds op deze tijdstippen, maar behoort rechtens alleen (nog) niet toe aan de cessionaris, pandhouder of de beslagdebiteur.
Door H.J. Snijders2 wordt in dit verband onderscheid gemaakt tussen (i) dubbel toekomstige vorderingen en (ii) enkel toekomstige vorderingen. Een dubbel toekomstige vordering is de vordering die nog niet bestaat, terwijl óók de rechtsverhouding waaruit deze eventueel zal kunnen ontstaan nog niet bestaat, waarbij bijv. te denken valt aan een vordering uit een nog te sluiten koopovereenkomst. De definitie van de enkel toekomstige vordering komt overeen met Hartkamps 'absoluut' toekomstige vordering: er is weliswaar nog geen vordering ontstaan, maar de rechtsverhouding waaruit die vordering - al dan niet rechtstreeks - zal ktnnen ontstaan bestaat reeds.
Het zal uiteraard van de feiten en omstandigheden die zich in het concrete geval voordoen afhangen, in welke categorie de vordering uiteindelijk valt. Het onderscheid tussen bestaande en toekomstige vorderingen is met name in geval van faillissement van cedent of pandgever van wezenlijk praktisch belang gebleken. De cessie of verpanding kan dan in beginsel niet door de cessionaris of pandhouder aan de failliete boedel worden tegengeworpen, zodat op die grond de 'toekomstige' vorderingen in de boedel vallen.3 Op bovengenoemde onderscheidingen zal hierna, waar nodig, nog worden teruggekomen. Er bestaat een zekere voorkeur voor de begrippen 'dubbel' en 'enkel' toekomstig.