RvdW 2023/224:Schuldheling op vrije markt gekochte zitmaaier, art. 417bis lid 1 sub a Sr. Onderzoeksplicht. Bewijsklacht t.a.v. ‘redelijkerwijs had moeten vermoeden’. Hof heeft vastgesteld dat verdachte, die in gereedschap handelt en eerder onherroepelijk is veroordeeld wegens soortgelijke feiten, op een vrije markt een kostbare zitmaaier van een hem onbekende persoon heeft gekocht, dat verdachte deze aankoop heeft gedaan o.b.v. een foto op de telefoon van die onbekende persoon, dat verdachte de zitmaaier contant heeft betaald en geen bon heeft ontvangen en dat verdachte een substantieel lager bedrag heeft betaald dan de door hem op het moment van de aankoop zelf geschatte marktwaarde. Hof heeft geoordeeld dat onder die omstandigheden verdachte voorafgaand aan de aankoop nader onderzoek naar de herkomst van de zitmaaier had moeten doen, maar dat hij dat onderzoek toen achterwege heeft nagelaten, en dat hij daarom in die mate is tekortgeschoten in de op hem rustende onderzoeksplicht dat hij met de voor schuldheling vereiste aanmerkelijke onvoorzichtigheid heeft gehandeld. Dit oordeel is toereikend gemotiveerd. Volgt verwerping.