Einde inhoudsopgave
RvdW 2013/433
Cassatieberoep niet-ontvankelijk. Middelen klaarblijkelijk ongegrond.
HR 12-03-2013, ECLI:NL:HR:2013:BZ3629
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 maart 2013
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, V. van den Brink
- Zaaknummer
12/01626
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- LJN
BZ3629
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:BZ3629, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑03‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:BZ3629, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑02‑2012
Essentie
Cassatieberoep niet-ontvankelijk. Middelen klaarblijkelijk ongegrond.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 26 maart 2012, nummer 22/003830-11, in de strafzaak tegen: [Verdachte]. Adv. mr. M.R. Mantz, te 's-Gravenhage.
Conclusie
Conclusie A-G mr. P.C. Vegter:
1.
Het cassatieberoep richt zich tegen een beslissing van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 26 maart 2012. Er is tijdig een schriftuur houdende een middel van cassatie ingekomen.
2.
Het middel is evident kansloos, omdat het de duidelijke strekking van vaste rechtspraak miskent.
3.
Het standpunt is dat verdachte niet-ontvankelijk wordt verklaard in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.