Einde inhoudsopgave
RvdW 2013/437
Onbegrijpelijke strafoplegging.
HR 12-03-2013, ECLI:NL:HR:2013:BZ3633
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 maart 2013
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, W.F. Groos, J. Wortel
- Zaaknummer
12/02854
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- LJN
BZ3633
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Bijzonder strafrecht / Verkeersstrafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:BZ3633, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑03‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:BZ3633, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑01‑2013
Essentie
Onbegrijpelijke strafoplegging.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 20 april 2011, nummer 20/002777-10, in de strafzaak tegen: [Verdachte]. Adv. mr. G.J.P.M. Mooren, adv. te Goirle.
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.J. Hofstee:
1.
Verzoeker is bij arrest van 20 april 2011 door het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch wegens meer subsidiair "Overtreding van artikel 11 van de Wegenverkeerswet 1994" (joyriding)1. veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 31 dagen. Voorts heeft het Hof de vordering van de benadeelde partij gedeeltelijk toegewezen en daarbij een schadevergoedingsmaatregel opgelegd, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.