RvdW 2019/369
Geen schending recht op consultatiebijstand; Richtlijn 2013/48/EU heeft geen terugwerkende kracht.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 maart 2019
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, A.L.J. van Strien, M.J. Borgers
- Zaaknummer
17/01038
- Conclusie
A-G mr. G. Knigge
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS35820:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:341, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑03‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:1083, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑10‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑07‑2017
- Wetingang
Essentie
Recht op consultatiebijstand niet geschonden, ook al is verdachte daar pas direct voorafgaand aan het verhoor op gewezen. Richtlijn 2013/48/EU betreffende het recht op toegang tot een advocaat heeft geen terugwerkende kracht.
Samenvatting
1. Nu verdachte, die uit anderen hoofde was gedetineerd, voorafgaand aan zijn verhoor is gevraagd of hij een advocaat wilde raadplegen en hij daarop expliciet en ondubbelzinnig heeft geantwoord dat dat niet hoefde, heeft verdachte de gelegenheid gehad een advocaat te raadplegen en is het recht op consultatiebijstand niet geschonden. Dat verdachte direct voorafgaand aan het stellen van de vragen (mondeling) werd geïnformeerd ...