Einde inhoudsopgave
Sturen met proceskosten (BPP nr. XII) 2011/4.9.2
4.9.2 Aanpak
mr. P. Sluijter, datum 31-10-2011
- Datum
31-10-2011
- Auteur
mr. P. Sluijter
- JCDI
JCDI:ADS599038:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Voetnoten
Voetnoten
Of de zelfstandige kantongerechten in de periode van voor 2002.
Ik heb de keuze gemaakt om het overzicht na 2008 niet te actualiseren, omdat deze jurisprudentieanalyse vooral heeft gediend om tot hypotheses en vragen te komen voor de interviewstudie uit 2009. Het alsnog opnemen van de uitspraken uit 2008 t/m 2011 zou qua chronologie en opbouw van het onderzoek onlogisch zijn. Bij de eerdere beschrijving van het geldende recht en in latere hoofdstukken zijn belangrijke en/of illustratieve uitspraken uit 2008-2011 uiteraard wel behandeld.
Dit is slechts een fractie van alle dagvaardingszaken. Met behulp van de tabel in Rapport Rechtspraak in Nederland 2007, p. 37, is te berekenen dat het aantal dagvaardingszaken in de jaren 2000-2007 in totaal 2.901.900 bedroeg, waarvan het leeuwendeel uit kantonzaken bestond (2.619.200) en het overige deel uit zaken bij de rechtbanken (250.100) en de hoven (32.200). Het aandeel handelszaken hierin is helaas niet precies bekend, maar duidelijk is dat de 10.799 gepubliceerde uitspraken slechts een klein deel uitmaakt van het totaal aantal zaken. Rechtspraak.nl streeft ook niet naar volledigheid en hanteert publicatiecriteria, die op www.rechtspraak.nl staan. Voor kritiek, zie Mommers, Zwenne & Schermer 2010.
Waarvan 83 uitspraken van rechtbanken en 56 uitspraken van gerechtshoven (zie ook Bijlage I). Overigens verschilde het aantal uitspraken sterk per instantie, zo staan er in de lijst 0 uitspraken van de Rb Groningen en 19 van de Rb Arnhem. Dit verschil wordt waarschijnlijk niet veroorzaakt door een verschil in kostenveroordelingsbeleid, maar door een ander publicatiebeleid. Zo publiceerde Rb Groningen tussen 1 januari 1999 en 1 november 2008 slechts 69 handelszaken op rechtspraak.nl, terwijl Rb Arnhem er 1.885 publiceerde.
Voor de dataverzameling is gebruik gemaakt van trefwoorden, waarmee is gezocht in de uitgebreide database met rechtspraak van www.rechtspraak.nl. Gezocht is eerst naar alle gepubliceerde uitspraken in handelszaken van hoven en rechtbanken (inclusief sector kanton1 en kortgedingen) tussen 1 januari 1999 en 1 november 2008.2 Daarvan bevonden zich 10.799 uitspraken in de database.3 Vervolgens is binnen die zaken gezocht met de volgende trefwoorden: proceshouding, nodeloos/ nodeloze, kansloos/kansloze, lichtvaardig, zinloos/zinloze, werkelijke (proces)kos-ten, volledige (proces)kosten, liquidatietarief en integrale (proces)kosten. Deze trefwoorden zijn uitgekozen na een korte inventarisatie van eerder gevonden relevante uitspraken over kostenveroordelingen in relatie tot procesgedrag. Daarbij bleken genoemde woorden een goede indicatie te zijn voor uitspraken met overwegingen over procesgedrag en kosten.4
Bij het zoeken binnen de 10.799 uitspraken werden met de trefwoorden in totaal 1.146 hits gevonden, waaronder logischerwijs ook een groot aantal dubbele. Van deze 1.146 hits zijn de uitspraken nader gelezen om te zien welke van deze uitspraken daadwerkelijk overwegingen bevatten over eventuele kostenconsequenties wegens procesgedrag. Daarvoor kwamen dus zowel zaken in aanmerking waarin dit gevorderd werd als zaken waarin een kostenconsequentie toegewezen werd. Een partij kan immers om een sanctie jegens de andere partij vragen, waarna de rechter dit al dan niet gemotiveerd toe- of afwijst. De rechter kan echter ook ambtshalve een kostenconsequentie toepassen, zonder dat uit de uitspraak blijkt dat daarom gevraagd is. Beide varianten zijn geteld. Uiteindelijk leverde dit een lijst van 139 uitspraken op.5
Van die 139 uitspraken zijn steeds een aantal gegevens genoteerd. Naast formele gegevens (instantie, datum, LJN-nummer) is onder andere geregistreerd of en welke kostenconsequentie er is gevorderd, in hoeverre die vorderingen worden toe- of afgewezen en of de rechter ambtshalve een kostenconsequentie heeft toegepast. De bijbehorende relevante overwegingen over kosten zijn eveneens verzameld.
Onder handelszaken vallen ook IE-zaken en sommige zaken waarin partijen familie of (gewezen) partners zijn. Dit maakt het overzicht wel complexer. Wanneer een partij een kostenvergoeding volgens het liquidatietarief vordert, is dit bij gewone zaken geen reden om deze in de lijst op te nemen, maar wel wanneer een partij het in een IE-zaak vraagt wegens procesgedrag (normaliter werkelijke kosten/indicatietarief) of in een familiezaak (normaliter compensatie). Laatstgenoemde complicaties zijn ook geteld. De lijst van mogelijke vorderingen wijkt daarom iets af van de lijst van mogelijk toe te wijzen consequenties.