Einde inhoudsopgave
RvdW 2010, 734
Noodweerexces. Middel mist feitelijke grondslag.
HR 15-06-2010, ECLI:NL:HR:2010:BL1713
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
15 juni 2010
- Magistraten
Mrs. G.J.M. Corstens, B.C. de Savornin Lohman, H.A.G. Splinter-van Kan, W.F. Groos, M.A. Loth
- Zaaknummer
09/00154
- Conclusie
A-G Aben
- LJN
BL1713
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht (V)
Strafprocesrecht (V)
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BL1713, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑06‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BL1713, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑01‑2010
Essentie
Noodweerexces. Middel mist feitelijke grondslag.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's‑Hertogenbosch van 31 december 2008, nummer 20/002678-08, in de strafzaak tegen:[Verdachte]. Adv. mr. E. Maessen, te Maastricht.
Uitspraak
Hoge Raad:
1. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. E. Maessen, advocaat te Maastricht, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal Aben heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en tot terugwijzing van de zaak naar het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.