RvdW 2016/864
Prejudiciële verwijzing. Art. 267 VWEU. Bevoegdheid van het Hof. Hoedanigheid van rechterlijke instantie van het verwijzende orgaan. Overheidsopdracht in de sector spoorweginfrastructuur. Onderhandelingsprocedure. Richtlijn 2004/17/EG. Art. 10. Art. 51, lid 3. Beginsel van gelijke behandeling van de inschrijvers. Combinatie van twee vennootschappen die als inschrijver is toegelaten. Offerte ingediend door een van de twee vennootschappen in eigen naam na faillietverklaring van de andere vennootschap. Vennootschap die beschouwd wordt als geschikt om te worden toegelaten als zelfstandig inschrijver. Gunning van de opdracht aan deze vennootschap.
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
24 mei 2016
- Magistraten
K. Lenaerts, A. Tizzano, R. Silva de Lapuerta, M. Ilešič, J.L. da Cruz Vilaça, A. Arabadjiev, E. Juhász, A. Borg Barthet, J. Malenovský, E. Levits, J.-C. Bonichot, C. G. Fernlund, C. Vajda
- Zaaknummer
C-396/14
- Conclusie
A-G P. Mengozzi
- Roepnaam
MT Højgaard en Züblin
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
EU-recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2016:347, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 24‑05‑2016
ECLI:EU:C:2015:774, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑11‑2015
- Wetingang
Art. 10, 51 lid 3 richtlijn 2004/17
Essentie
MT Højgaard A/S, Züblin A/S tegen Banedanmark
Prejudiciële verwijzing. Art. 267 VWEU. Bevoegdheid van het Hof. Hoedanigheid van rechterlijke instantie van het verwijzende orgaan. Overheidsopdracht in de sector spoorweginfrastructuur. Onderhandelingsprocedure. Richtlijn 2004/17/EG. Art.10. Art. 51, lid 3. Beginsel van gelijke behandeling van de inschrijvers. Combinatie van twee vennootschappen die als inschrijver is toegelaten. Offerte ingediend door een van de twee vennootschappen in eigen naam na faillietverklaring van de andere vennootschap. Vennootschap die beschouwd wordt als geschikt om te worden toegelaten als zelfstandig inschrijver. Gunning van de opdracht aan deze vennootschap.
Het beginsel van gelijke ...