Einde inhoudsopgave
RvdW 2014/186
Verdachte niet-ontvankelijk in het beroep, nu geen schriftuur met middelen is ingediend.
HR 07-01-2014, ECLI:NL:HR:2014:13
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
7 januari 2014
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, W.F. Groos
- Zaaknummer
12/06003
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:13, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑01‑2014
ECLI:NL:PHR:2013:2343, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑11‑2013
Essentie
Verdachte niet-ontvankelijk in het beroep, nu geen schriftuur met middelen is ingediend.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 18 oktober 2011, nummer 20/003692-10, in de strafzaak tegen: [verdachte], mr. adv. P.J.A. van de Laar, te Eindhoven.
Conclusie
Conclusie A-G mr. D.J.C. Aben:
1.
Het gerechtshof te ‘s-Hertogenbosch heeft bij arrest van 18 oktober 2011 de verdachte ter zake van “witwassen” veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 281 dagen, waarvan 90 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren, met aftrek als bedoeld in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.