RvdW 2020/868
Herziening. Medeplegen oplichting, meermalen gepleegd (art. 326 lid 1 Sr) en medeplegen inbreuk maken op auteursrecht van kamer van koophandel, meermalen gepleegd (art. 31b Auteurswet). Vervolg op ECLI:NL:HR:2019:5. In tekst van wet en ook in geschiedenis van totstandkoming van herzieningsregeling zijn geen aanknopingspunten te vinden voor opvatting dat enkele vrijspraak van medeverdachte van aanvrager gegeven vormt a.b.i. art. 457 lid 1 onder c Sv. Gronden waarop dergelijke vrijspraak steunt, kunnen onder omstandigheden zo’n gegeven opleveren maar in deze zaak is dat niet het geval (vgl. NJ 2014/373, m.nt. Keulen). Afwijzing aanvraag.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
30 juni 2020
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.J. Borgers
- Zaaknummer
19/05187
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1159, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 30‑06‑2020
Essentie
Herziening. Medeplegen oplichting, meermalen gepleegd (art. 326 lid 1 Sr) en medeplegen inbreuk maken op auteursrecht van kamer van koophandel, meermalen gepleegd (art. 31b Auteurswet). Vervolg op ECLI:NL:HR:2019:5. In tekst van wet en ook in geschiedenis van totstandkoming van herzieningsregeling zijn geen aanknopingspunten te vinden voor opvatting dat enkele vrijspraak van medeverdachte van aanvrager gegeven vormt a.b.i. art. 457 lid 1 onder c Sv. Gronden waarop dergelijke vrijspraak steunt, kunnen onder omstandigheden zo’n gegeven opleveren maar in deze zaak is dat niet het geval (vgl. NJ 2014/373, m.nt. ...